In 2018 groeide de toegevoegde waarde van de Nederlandse foodsector met ruim 4,5 procent. Deze trend zet zich door in 2019, dan wordt een stijging van meer dan 2 procent verwacht. De groei komt door de stijgende binnenlandse vraag en een stabiele ontwikkeling van de export. Aan die exportgerichtheid kleeft een risico. De Brexit negatieve gevolgen hebben. Dat blijkt uit de Market Monitor voor de Voedingssector van kredietverzekeraar Atradius.
Nederlandse foodsector
De Nederlandse foodsector blijft in 2018 en 2019 goed presteren. In 2018 stegen de winstmarges en de vooruitzichten voor volgend jaar zijn stabiel. Het segment food-retail bleef in de afgelopen twee jaar groeien en zal waarschijnlijk een waarde van ruim 59 miljard euro vertegenwoordigen. De horeca, restaurants, hotels en ‘on the move’ verkooppunten zijn goed voor zo’n 35 procent van de totale bestedingen, terwijl het aandeel van de food-retail 65 procent bedraagt.
Gespecialiseerde winkels, banketbakkers en kwaliteitstraiteurs
Deze positieve resultaten worden volgens Atradius gedreven door de economische groei en een stijgende buitenhuisconsumptie. “De vooruitzichten voor de Nederlandse foodsector zijn positief, hoewel de sector wel moet inspelen op veranderende consumentenbehoeften. Zo wil de consument alles weten over de herkomst van het product dat op zijn bord ligt en moet de sector investeren in transparantie en nieuwe verdienmodellen”, vertelt Edwin Kuhlman, hoofd acceptatie van Atradius Nederland. “Zo zijn traditionele supermarktmodellen niet langer toereikend door de opkomst van ‘on the go’-consumptie. Veel supermarkten spelen hierop in door de opening van gemakswinkels in stadscentra, op treinstations en bedrijventerreinen. Het gevolg is dat de concurrentie voor traditionele winkels toeneemt. Zij dienen zich om te vormen tot gespecialiseerde winkels, banketbakkers en kwaliteitstraiteurs om termijn te kunnen overleven.”
De Brexit kan negatieve gevolgen hebben voor de Nederlandse foodsector. Vooral de export van Nederlands vlees naar het Verenigd Koninkrijk kan schade oplopen. Met 14 procent van het volume en 16 procent van de waarde is het Verenigd Koninkrijk de belangrijkste markt voor Nederlands varkensvlees
Europese voedingssector
De Europese voedingssector presteert in het algemeen redelijk goed. Dit komt doordat de foodsector, in vergelijking met andere sectoren, goed bestand is tegen een neergang van de conjunctuur. De voedselmarkten in Europa zijn relatief stabiel dankzij de gunstige leveringsvoorwaarden voor de meeste grondstoffen. Tegelijkertijd benadrukt Atradius dat de sector kwetsbaar blijft als gevolg van veranderlijke grondstofprijzen en onverwachte gezondheidskwesties en natuurrampen. In de komende jaren zijn de vooruitzichten echter positief, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk.
De daling van het Britse pond heeft de kosten van levensmiddelen verhoogd voor Britse voedingsproducenten die afhankelijk zijn van import. Doordat zij deze prijsstijgingen niet volledig kunnen doorberekenen aan retailers zijn de winstmarges in 2018 verslechterd. Atradius ziet dit ook terug in de schadecijfers. De aantallen schade-uitkeringen op Engelse debiteuren ligt al 25 procent hoger dan in dezelfde periode vorig jaar en datzelfde beeld ziet Atradius ook terug bij debiteuren in de voedingsindustrie. Atradius verwacht dat deze ontwikkeling zich in 2019 zal voortzetten. In andere Europese landen neemt daarnaast de fraudegevoeligheid toe. Zo wordt de sector in Duitsland geconfronteerd met grootschalige fraude, vooral in de segmenten vis, groenten en fruit.