Oudernemers

8 juni 2015

Zure aardappelen, kapotte gordijnen, een bierkrat om op te zitten. Een zielig vogeltje. Voor het eerst los. Onbeschermd en onvoorbereid uit de ouderlijke kooi. Ik denk soms nog aan hem, mijn buurman in de Groningse studentenflat. Een vangnet van zijn ouders, die wel zijn fouten maar niet zijn nood herkenden, dat vangnet was er niet. En wij, andere spoorzoekers, hadden meer dan genoeg aan onszelf. Een kopje thee, samen eten, sympathie tonen. Dat was het wel.

De stap naar volwassenheid is groot. Helemaal voor ondernemers in de dop. Voor je kind zijn dat spannende tijden. Alsof het weer leert fietsen. Als ouder ren je mee en laat je los. Moet je loslaten. Als kind wil je alleen. Moet je alleen.

Te vaak heb ik gezien, hoe ondernemers hun meewerkend kind met veel gescheld en soms zelfs geweld onderuit halen. In het bijzijn van medewerkers. Voor wie denkt, dat het werkt: Niet dus. Trouwens, behandel je je vrienden ook zo? Waarom niet? En waarom je kind dan wel?

Groots vind ik ondernemende ouders, de ouder-nemers, die steeds opnieuw stappen terug doen. Die hun kind de eigen fouten gunnen. Die in de ogen van hun kind het eigen jonge ondernemerschap terugzien. Die in hun hart, keer op keer, de liefde voor die jonge ondernemer vinden, voor die beginnende fietser. Die altijd - altijd - dat onvoorwaardelijke vangnet zijn. Al doen de fouten, die ze bijtend op hun tong zien aankomen, pijn in de kassa.

Je kind en je bedrijf. Je kind en je kindje. Die samen hun weg vinden. Hun eigen weg. Zie ze groeien. Zie ze bloeien. Zie ze struikelen. Help ze opstaan. Soms door doen. Soms door woorden. Soms door twee armen om ze heen. En meestal alle drie. Onvoorwaardelijk. Dat werkt.

 
  • Met ouderlijke groet,
  • Hanno Spanninga

Altijd op de hoogte blijven?