Andere kost - Pleidooi voor een gezonder en duurzamer voedselsysteem

19 juli 2021 Hans Dagevos

De negatieve impact van ongezond eten is enorm. Dit wordt overduidelijk gemaakt in Andere kost. Jaap Seidell en Jutka Halberstadt zien met lede ogen aan dat de stille epidemie van ongezonde eetpatronen maar niet de benodigde politieke en maatschappelijke urgentie krijgt. De coronapandemie heeft weer eens duidelijk gemaakt dat met name de mensen die te kampen hebben met ernstig overgewicht of diabetes type 2 kwetsbaarder zijn bij een virusinfectie en verhoogd risico lopen op ziekenhuisopname en overlijden.

We eten onszelf ongezond. De hoge mate van consumptie van bewerkt voedsel leidt tot verhoogde voedingsgerelateerde gezondheidsrisico’s. Toch worden de oorzaken in de voedingsmarkt op hun beloop gelaten terwijl de gezondheidszorg de focus richt op het verlenen van curatieve zorg om de gevolgen aan te pakken. Volgens Seidell en Halberstadt moet de nadruk komen te liggen op een voedselomgeving die niet gedomineerd wordt door gemaksvoedsel en die consumenten betere bescherming biedt tegen onze gezondheid bedreigende verleidingen.

Ontmoedigen van de consumptie van ongezond – in het bijzonder: ultrabewerkt – eten betekent ‘het invoeren van prijsmaatregelen en het inperken van de beschikbaarheid en de marketing ervan’. De auteurs overtuigen in hun standpunten dat veel gezondheidswinst is te boeken als mensen intensiever en langduriger begeleid worden en dat hoe langer er wordt gewacht om ook op voorzorg in te zetten, hoe duurder de zorg wordt en hoe groter het fysieke ongemak en het sociale en mentale leed (gewichtsdiscriminatie, stress, eenzaamheid) van mensen. Om gevolgen anders aan te pakken is een omgekeerde zorgpiramide nodig met aan de basis veel geld en aandacht voor het gezond houden van mensen en in de top de gespecialiseerde medische zorg voor ernstig zieke mensen.

Andere kost gaat in feite om de verbazing, om niet te zeggen: de verbolgenheid van de auteurs dat niet op oorzaken maar op gevolgen wordt geacteerd. En dat op een manier die geen recht doet aan de ernst van de ‘voedselnoodtoestand’, maar zich kenmerkt door doekjes voor het bloeden, vrijblijvende zelfregulering en voortmodderen zonder dat gestelde doelen voor een gezondere bevolking worden gehaald. Stevige analyse in klare taal die de vinger op diverse zere plekken legt. Toch boet het pleidooi aan kracht in omdat het accent meer op het zorgsysteem dan op het voedselsysteem ligt. Het actuele woord kringlooplandbouw valt niet en veel oog voor verduurzaming van voedselproductiemethoden is er evenmin. Ondanks de ferme woorden komt men uit bij het rentmeesterschap.

 

Altijd op de hoogte blijven?