Het leven bestaat uit geven en nemen. Zo werkt dat nu eenmaal, zowel privé als zakelijk. Elke ondernemer gunt zijn medewerkers het beste om daarmee ook weer het beste uit de medewerkers naar boven te kunnen halen. Een toekomstperspectief, goede arbeidsvoorwaarden en een daarbij behorende beloning behoren tot goed werkgeverschap. Deze zaken moeten echter wel in balans zijn.
Met de introductie van het Orba-functiebeschrijvingssysteem in 2013 zijn de salarisschalen in de bakkerij getoetst en vergeleken met de salarissen uit andere sectoren. Ook hierin moet balans zijn. Aanverwante branches kunnen immers concurrerend zijn bij het werven van medewerkers. De toetsing heeft destijds aan het licht gebracht dat de salarissen in de bakkerij op een gemiddeld hoger niveau lagen dan in vergelijkbare sectoren van de ‘BV Nederland’.
Nu het met deze zelfde ‘BV’ weer wat beter gaat, ligt de verleiding van looneisen op de loer, terwijl veel bakkerijen de schok van de crisis nog lang niet te boven zijn. Om onze bedrijfstak gezond te houden en ondernemingen te verzekeren van een goede toekomst, is het van het grootste belang kosten en baten in balans te houden. Ook nu het stapsgewijs weer wat beter gaat. Wanneer ten gevolge van looneisen bedrijven over de kop gaan, wanneer te weinig bakkerijen kunnen worden overgenomen en wanneer kosten voortijdig de pan uitrijzen, bereiken wij geen economische stabiliteit in onze branche, maar het tegenovergestelde. Daarmee is geen werkgever gebaat en ook geen werknemer.
De inflatie is laag, de olieprijs eveneens en de kosten voor levensonderhoud zijn betaalbaar. In Nederland hebben we het zo slecht nog niet, wordt steeds vaker gezegd. Wij in de bakkerij werken aan en streven naar een gezonde bedrijfstak en een gezonde arbeidsmarkt. Dat bereiken we door het aanbrengen van een goede balans. Een balans tussen goede arbeidsvoorwaarden, een betaalbare beloningsstructuur en een economisch stabiele situatie in onze bedrijven. Wij hebben nog geen nieuwe cao. Of die wordt afgesloten, hangt af van de bereidwilligheid naar elkaar te luisteren en de zorg binnen de branche met elkaar te delen.