‘Ik wilde eerst patissier worden’

8 mei 2020 Marloe van der Schrier
Foto: Friesland College

Nynke Heijenga (18) stond altijd met haar zus te bakken in de keuken. Na een meeloopdag in een bakkerij schreef ze zich meteen in voor de bakkersopleiding op het Friesland College, waar ze nu het tweede jaar volgt. Ze won dit voorjaar de derde prijs in de categorie Boulangerie van de mbo-competitie Skills The Finals.

“Ik word helemaal vrolijk van bakken. Voor mij is dat het belangrijkst: ik wil iets doen wat ik leuk vind. Toen ik met de opleiding begon, was het mijn bedoeling om patissier te worden. Na een half jaar werd ik door een vriend overgehaald om ook eens iets te doen met brood. Ik ben niet meer teruggegaan naar de patisserie. Brood is harder werken en minder gepriegel. Ik had nooit gedacht dat brood zo lang zou moeten rijzen. Toen ik het leerde, was het logisch, maar ik had er nooit bij stilgestaan. Ik zou nog beter willen worden in het maken van suikerbrood. Iedereen eet dat hier in Friesland en mensen worden er blij van. Dat is waar ik het voor doe.”

Bakkerij

“Vorig jaar liep ik stage bij Piet Haaksma, Echte Bakker in Sneek, en ze hebben me gevraagd of ik wilde blijven als zaterdagkracht. Ik moet ’s nachts om één uur in de bakkerij zijn. Als ik opsta, kom ik mijn vader altijd tegen, die gaat dan net naar bed, en ik richting bakkerij. Dat vroege opstaan was wel even wennen, maar ik begin het steeds beter onder de knie te krijgen. Eerder werkte ik al in de supermarkt op de broodafdeling, maar dat was alleen maar afbak­ken. Daar heb ik wel geleerd wat de verschillen zijn tussen de soorten brood. De kwaliteit in de supermarkt wordt steeds beter. Ik hoop dat de bakkerij overeind blijft. Ik denk dat bakkerijen zich moeten onderscheiden door exclusief te zijn. Door luxe broden te maken en dat op sociale media te laten zien, zodat ze ook jonge mensen trekken.”

Wedstrijd

“Begin maart deed ik mee aan Skills The Finals, een wedstrijd in meer dan veertig vakgebieden. Ik deed mee in de categorie Boulanger en werd derde. Dat had ik nooit verwacht. Het duurde twee dagen en we moesten verschillende soorten brood maken: van suikerbrood tot tarwebrood, vlechtbrood en croissants. Je moest dus van alle markten thuis zijn. Als ‘viennoiserie zoet’ maakte ik wat ik zelf lekker vind: een brood met een vulling van opgeklopte slagroom, frambozen, pistache en donkere chocola. Gelukkig vond de jury het ook lekker. Volgend jaar doe ik weer mee, dan hoop ik eerste te worden!”

Altijd op de hoogte blijven?