Hoe werven we nieuwe medewerkers?

22 februari 2022 Linda van ’t Land

Net als in andere ambachtelijke sectoren ontstaat er in de bakkersbranche een nijpend tekort aan medewerkers. Hoe houden we het bakkersvak aantrekkelijk voor nieuwe aanwas? En hoe behouden we studenten voor de sector? Bakkers in bedrijf wisselt hierover om te beginnen van gedachten met Martin van Kommer, docent brood en banket bakken aan de Rijn IJssel Vakschool Wageningen.

Door Linda van 't Land
Foto: Rijn IJssel

Er was een tijd waarin onderwijs en bedrijfsleven voortdurend naar elkaar wezen als het ging om de matige kwaliteit van leerlingen in de bakkerijsector. Het onderwijs zou te weinig gericht zijn op de beroepspraktijk, waardoor leerlingen, eenmaal aan de werkbank, nog geen spuitzak zouden kunnen vasthouden. Opleidingen klaagden op hun beurt dat studenten in de praktijk nauwelijks de kans kregen om het vak echt te leren: zij mochten uitsluitend schoonmaken en platen poetsen bij het stagebedrijf. Inmiddels voelen beide partijen de urgentie om samen de schouders te zetten onder de instroom van kwalitatief goede en enthousiaste bakkers in de sector. “Wij hebben elkaar nodig”, benadrukt Martin van Kommer, sinds veertien jaar werkzaam als docent brood en banket bakken bij de Rijn IJssel Vakschool Wageningen. “Wij staan als branche voor een stevige uitdaging als het gaat om de werving van arbeidskrachten. Daarom moet de gehele sector zich verbinden. Ons prachtige vak mag niet verloren gaan!” 

Hoe werft Rijn IJssel nieuwe leerlingen?

“Op onze Open Dagen vertellen wij een eerlijk verhaal. Natuurlijk zijn we blij dat studenten getriggerd worden voor ons vak door televisieprogramma’s als de CupCakeCup en Heel Holland Bakt. Het zijn programma’s die laten zien hoeveel creativiteit je in ons vak kwijt kunt en hoeveel er mogelijk is als je enthousiast bent en je best doet. Tegelijkertijd is het bakkersvak een zwaar beroep. Het vraagt fysiek veel van je en vaak heb je te maken met nachturen. Daar zijn we heel open over tijdens de werving van nieuwe leerlingen. Selecteren aan de poort is er tegenwoordig niet echt meer bij: we zijn blij met iedere nieuwe student. Bovendien vinden wij dat iedereen een kans op onderwijs verdient. Wat betekent dat iedereen welkom is – maar nogmaals: we vertellen aan de voorkant wel een eerlijk verhaal.”

Lang niet iedere student die aan de bakkerijopleiding begint, komt ook in de sector terecht. Hoe komt dat?

“Tijdens de opleiding vallen diverse leerlingen af. Soms al vóór 1 oktober van het eerste jaar, omdat ze dan nog relatief makkelijk – met behoud van studiefinanciering – kunnen switchen. Anderen stoppen drie maanden voor het einde van hun opleiding. Zo zonde! Het is lastig te zeggen waar dat aan ligt. Jongeren ervaren momenteel enorm veel keuzevrijheid en willen vooral doen wat ze leuk vinden. Echt even doorzetten is er niet altijd meer bij; de mentaliteit lijkt veranderd. Soms hebben ze een verkeerde keuze gemaakt en past de opleiding niet bij hen, of er is sprake van onderliggend ‘lijden’: ze kunnen het bakkersvak fysiek niet aan. We zien ook dat niveau-4-studenten na onze opleiding eerst nog verder gaan studeren, bijvoorbeeld in de richting van bedrijfskunde of de voedingsmiddelenindustrie. Ze voelen zich te jong om al te gaan werken. Enerzijds stimuleren wij dat: het is goed om je als mens te ontwikkelen, zeker als je de capaciteiten hebt. Anderzijds willen we onze studenten natuurlijk graag voor de branche behouden. Dat bijt elkaar soms.”

Hoe kunnen we als sector meer studenten binnen de branche houden?

“Vooropstaat dat wij allemaal moeten blijven vertellen hoe mooi ons vak is. Er is geen enkel ander beroep waar je onder één dak zowel produceert als verkoopt: uniek en prachtig. We moeten leerlingen meenemen in ons enthousiasme en hun de kans bieden om mooie dingen te leren. Maar eerlijk is eerlijk: het moet echt je passie zijn, wil je bereid zijn er midden in de nacht voor op te staan. We moeten het vak aantrekkelijk houden. Misschien door iets aan die nachturen te doen en meer met remrijskasten te werken. De wekker om twee uur of om vijf uur zetten: dat maakt een groot verschil. Daarnaast moeten we als sector fijne werkplekken creëren, waar je af en toe een compliment krijgt, je je gewaardeerd voelt en op je gemak bent. We hebben bovendien steeds meer meiden op de opleiding: die tillen niet zo heel makkelijk een zak van 25 kilo. Mogelijk ligt daar een taak voor de toeleveranciers: maak het werk fysiek minder zwaar door kleinere verpakkingen aan te bieden. Aan de machineleveranciers: ontwikkel tilhulpen en andere slimme technieken die het werk lichter maken.”

Gaat de bakkerijbranche voldoende met zijn tijd mee om jonge mensen te kunnen behouden voor het vak?

“Wij hebben een authentieke branche, maar de wereld om ons heen lijkt steeds sneller te bewegen. Toch zijn er legio mogelijkheden om aansluiting te houden. De Vakschool heeft een nieuwe directeur, die een frisse wind laat waaien door de opleidingen. Docenten gaan bijvoorbeeld weer op stage en er is aandacht voor een vegan of glutenvrij assortiment. Ook kijken we of we wat kunnen met lessen die zijn ontwikkeld door onze koksopleiding, helemaal gericht op voeding voor topsporters. Heel interessant voor jonge mensen! Vakmanschap moet voorop blijven staan, maar daarnaast moeten we oog hebben voor de wensen van nieuwe generaties. Niet iedereen wil nog fulltime werken, en dat je partner gaat meewerken in jouw bedrijf is ook niet vanzelfsprekend meer. Hoe krijg je dan de roosters rond? Dat zijn uitdagende vragen waar we wel op moeten inspelen als branche.”

Aan welke oplossingen denk jij?

“We moeten mensen al heel jong laten warmlopen voor onze beroepsopleidingen. Een leerling op het vmbo moet al vóór de kerstvakantie een richting kiezen. Wat weet je nou op die leeftijd? Ze kiezen voor de leukste docent – niet per se voor een vak of een richting. Daar begint het dus al. Ik roep bakkers op om basisscholen uit te nodigen en het bakkersvak voor kinderen aantrekkelijk te maken. We moeten als bakkerijopleidingen onze Open Dagen goed inrichten, zodat we een eerlijk én enthousiasmerend verhaal vertellen. Vakopleidingen zouden een plek op vakbeurzen moeten krijgen, zodat zij zich kunnen laten zien. Studenten van de opleidingen kunnen ook door toeleveranciers en andere partijen uit de branche worden ingezet tijdens zulke beurzen, om een goed beeld van de sector te krijgen. We moeten vernieuwend blijven en inspelen op trends. En bovenal moeten wij elkaar als verschillende partijen in de sector vasthouden en versterken. Ik nodig bedrijven uit om op scholen te komen kijken en ons te laten weten wat zij nodig hebben. Want wij moeten het sámen doen: nu en in de toekomst.”

Rijn IJssel Vakschool Wageningen

De bakkerijopleiding in Wageningen bestaat al meer dan honderd jaar. De mbo-opleiding is met haar tijd meegegaan en biedt hedendaags onderwijs aan. De student staat centraal en het vakmanschap dat wordt aangeleerd moet aansluiten bij maatschappelijke thema’s en de kennis van nu. “Wij willen nieuwe oplossingen bieden voor actuele vragen”, aldus Martin van Kommer. “Ook zoeken wij voor onze studenten voortdurend naar enthousiaste partners uit de beroepspraktijk.”

Altijd op de hoogte blijven?