Bij een eenmanszaak, maatschap of vennootschap onder firma kan er sprake zijn van drie soorten vermogensbestanddelen: verplicht privévermogen (witte chocolade), keuzevermogen (melkchocolade) en verplicht ondernemingsvermogen (pure chocolade).

Bij een onderneming met als rechtsvorm een BV is de vermogensetikettering duidelijk af te lezen door het juridische eigendom. Bij de eenmanszaak, maatschap of vennootschap onder firma ligt dit een stuk lastiger.

Verplicht privévermogen (witte chocolade)

Deze vermogensbestanddelen hebben totaal geen functie binnen de onderneming en komen niet op de balans van de zaak, denk daarbij aan een woonhuis. Er geldt wel een uitzondering indien de woning een toezichtfunctie heeft ten behoeve van de onderneming.

Keuzevermogen (melkchocolade)

Deze vermogensbestanddelen hebben zowel een zakelijk als een privékarakter, bijvoorbeeld een auto die zowel privé als zakelijk wordt gebruikt. Een gemaakte keuze privé of zakelijk kan niet meer worden herzien. Uitzonderingen hierop zijn onder andere een wetswijziging en een wijziging in het gebruik. De keuze kan wel weer worden herzien bij aanschaf van een nieuwe auto.

Verplicht ondernemingsvermogen (puur)

Vermogen dat uitsluitend wordt gebruikt voor ondernemingsdoeleinden, zoals een winkelpand.

Panden

Bij aanschaf van een vermogensbestanddeel moet de ondernemer zijn keuze maken. Dit speelt voornamelijk bij keuzevermogen omdat er bij verplicht privévermogen of verplicht ondernemingsvermogen geen keuzevrijheid is. Het probleem met toebedelen van het keuzevermogen doet zich vaak voor bij panden waarin de ondernemer woont en van waaruit de onderneming wordt gedreven. Er kan sprake zijn van:

Technisch splitsbaar pand
In het geval het pand technisch splitsbaar is, behoort het woongedeelte (los van toezicht-functie) tot het privévermogen en het zakelijke gedeelte tot het ondernemingsvermogen.

Technisch niet splitsbaar pand
In dit soort gevallen zijn er drie mogelijkheden, namelijk het pand krijgt als vermogensetiket privé of ondernemingsvermogen, of het pand gaat administratief gesplitst worden.

De keuze kan grote gevolgen hebben voor kostenaftrek en vermogensresultaten. Vroeger werd een pand vaak op de zaak gezet in verband met afschrijvingsmogelijkheden. Nadeel hiervan is dat op het moment van verkoop van het pand of staken van de onderneming over de meerwaarde van het pand (progressief) inkomstenbelasting moet worden betaald. Vooral als de ondernemer na staken van de onderneming in het pand wil blijven wonen, geeft dit problemen omdat er ook geen geld beschikbaar komt voor het betalen van de belasting.

Foutenleer

Als bij de keuze een fout is gemaakt, kan dit met behulp van de foutenleer worden gecorrigeerd. Dit speelt vooral bij panden die splitsbaar zijn en waarbij het privégedeelte ten onrechte op de zaak is gekomen. In de laatst openstaande aangifte inkomstenbelasting kan dit worden gecorrigeerd. Het privégedeelte wordt dan tegen de kostprijs naar privé overgebracht. Het verschil tussen de boekwaarde en de kostprijs dient in de belastingheffing te worden betrokken.

Conclusie

Het is goed om na te gaan of (een gedeelte van) het pand bij de aanschaf destijds wel terecht op de ondernemingsbalans is gekomen. Met gebruik van foutenleer kan uw adviseur er mogelijk nog chocolade van maken.

Bouwer en officier

De auteur, Jack van der Voorn, is accountant bij Bouwer & Officier Accountants en Belastingadviseurs voor bakkers te Hazerswoude, 071-3419000.
Meer info: www.bouwer-officier.nl.

Lees alle columns van de accountants van Bouwer & Officier in ons dossier Financieel.

Altijd op de hoogte blijven?